Whodunnit zonder who

“Omdat zijn regie filosofisch is”, verhelderde actrice annex jurylid Isabelle Huppert toen Michael Haneke’s 'Das Weisse Band' de Gouden Palm in Cannes had gewonnen. Nou ja, verhelderde… ‘Filosofisch’ is natuurlijk geen waardeoordeel. Daarbij is Haneke’s stijl ‘filosofisch’ noemen zo veelzeggend als Tarantino’s oeuvre ‘gewelddadig’.

Haneke is in de eerste plaats een moralist die graag met ethiek experimenteert. Exemplarisch is zijn thriller ‘Funny Games’ uit 1997, waarin een familie gegijzeld wordt door twee jongemannen die hen sadistische spelletjes laten doen. Het is echter vooral de kijker die gemarteld wordt omdat ze na de voortdurende dreiging van geweld niet getrakteerd wordt op een ontlading; de thriller ontbeert de thrill. Sterker nog: door ons in de camera aan te spreken en een gewelddadig fragment ‘terug te spoelen’ lijkt Haneke ons medeverantwoordelijk te willen maken voor het geweld dat we in normale thrillers zo gretig zouden consumeren. “Het is een film die je alleen uitkijkt als je dat nodig hebt, dan moet je zo lang gemarteld worden om het te begrijpen.”

Hoe ergerlijk de kijker deze didactische toon ook moge ervaren, Haneke heeft er een wit voetje mee veroverd in de filmhuiswereld. Snobs die neerkijken op conventionele thrillers lopen weg met de moraalschetsen van deze regisseur. Ook in 'Das Weisse Band' onthoudt hij ons een climax. Sterker nog, knappe jongen die na afloop weet wie de dader is.

Het arme Duitse platteland, vlak voor de Eerste Wereldoorlog. Een boerengemeenschap wordt opgeschrikt door een reeks bizarre aanslagen: de dokter komt met paard ten val doordat iemand een kabel over het erf gespannen heeft. Niet lang daarna verongelukt een boerin na een val door de vloer van de zagerij. Weer later wordt het zoontje van de baron tot bloedens toe geslagen. De baron, geen geliefd mens maar gerespecteerd als autoriteit en broodheer, roept de samenleving op om de dader bekend te maken. Zonder resultaat. Maar misschien heeft het geweld iets te maken met het stille leed in het dorp. Want wat doet de dokter toch met zijn dochter? En waarom slaat de dominee zijn kinderen met een stok?

Zes maanden heeft de zelfverklaarde control freak Haneke over de casting gedaan. Niet minder dan 7000 kinderen werden in Duitse dorpen gescreend. Van castingbureaus wilde hij niets weten (“die kinderen zijn gecorrumpeerd door tv-optredens”). Voor de volwassen acteurs week hij uit naar het Roemeense platteland, waar hij de doorleefde koppen trof met de juiste look & feel voor de film. Verder filmde hij in grijstonen die een instant historische integriteit lijken af te dwingen en hield hij de camera zó stil dat het dorpje in de tijd bevroren lijkt. Met effect. Je waant je in het Duitsland van vlak voor de Eerste Wereldoorlog.

Maar een verhaal dat geplaatst is in zo’n historische context, geladen is met zulke bizarre gebeurtenissen en verteld wordt door het hoofdpersonage-op-leeftijd (een overlevende), dat schreeuwt om ‘waar gebeurd’. Sterker nog, je kunt het publiek bij zo’n film alleen een catharsis onthouden ALS het verhaal op feiten is gebaseerd is. Niets van dat al. ‘Das Weisse Band’ is niet eens geïnspireerd door een roman. Meneer Haneke heeft het hele scenario uit zijn duim gezogen.

Maar als Haneke meent dat de who in deze whodunnit irrelevant is, rest de vraag wat Haneke ons wèl wil vertellen. Dat een beschaving geschoeid is op onrecht en slechts bedekt met laagje vernis? Dat de vroomsten onder ons de kwalijkste daden plegen? Dat de gruwelen van het leven even zinloos als onverklaarbaar zijn?

Hoe het ook zei, het maakt de film nodeloos pretentieus. Haneke’s filosofie van de koude boerengrond ondermijnt deze prachtig gedraaide kroniek van het harde plattelandsleven, die zonder gruweldaden misschien geen Gouden Palm opgeleverd zou hebben, maar wel een film die je in je hart had kunnen sluiten.

Das weisse Band
Geen daders voor Haneke