De comeback van hebzucht

"I'm not a sequel-man", stelde Oliver Stone onlangs in een interview. Dat klinkt wat vreemd uit de mond van een regisseur die net een vervolg op Wall Street gedraaid heeft, het kassucces uit 1987. Misschien dat zijn beslissing om op safe te spelen iets te maken heeft met de flops van de afgelopen 13 jaar.  Het hitsige bedoelde U-turn veroorzaakte een collectieve slappe door Sean Penns method acting, footballfilm Any Given Sunday was zo onbegrijpelijk dat zelfs sportfans in slaap vielen en het als historisch epos bedoelde Alexander werd weggelachen als drag camp. En dan hebben we het nog niet eens over Stone's behaagzieke 'documentaires' over Fidel Castro en andere Zuid-Amerikaanse leiders.

Niet verbazingwekkend dus dat de jongste generatie filmliefhebbers Oliver Stone voor een warrige, naïeve, megalomane moralist verslijt. Dat is Stone ook. Maar wel een warrige, naïeve, megalomane moralist met een indrukwekkende cinematografische visie. JFK en Natural Born Kllers bijvoorbeeld moeten, op enkele tenenkrommende scènes na, als meesterwerken beschouwd worden die de filmdynamiek in Hollywood in stroomversnelling hebben gebracht. Boze tongen beweren dat Stone niet meer kan filmen omdat hij het zonder dit high-tech filmteam moet stellen. Met Wall Street: Money Never Sleeps kunnen we testen of Stone nog wel Stone is.

Jake (Shia LaBeouf) werkt op Wall Street. Hij is slim en gedreven, maar dat is niet voldoende in de geldwereld. Je hebt de mentaliteit van een wesp nodig. Jake heeft nog een achilleshiel: hij is loyaal. Als zijn baas/mentor (Frank Langella) genaaid wordt, failliet gaat en Jake op straat komt, laat hij zich ronselen door Bretton (Josh Brolin), het brein achter de coup. Om wraak te nemen. Hierbij krijgt hij hulp van een onwaarschijnlijke bondgenoot, ene Gordon Gekko (Michael Douglas). Deze Gekko heeft jaren in de bak gezeten wegens onfrisse praktijken op Wall Street. Maar is wel zijn aanstaande schoonvader. Het klikt en ze sluiten een deal. Maar een handshake met Gekko is er een met de duivel.

133 minuten duurt Wall Street II. Dat is 55 minuten korter dan JFK, maar nog steeds een enorme ruk, want volgestouwd met dialoog.  Stone wil ons uitleggen hoe het precies tijdens de crisis is toegegaan, daar in die wolkenkrabbers achter dat spiegelglas. Of eigenlijk wil Stone helemaal niets uitleggen, want de film barst van het jargon en onbegrijpelijke deals. De regisseur wil vooral laten zien dat hij het zélf begrepen heeft, hoe de geldjongens Amerika's bankroet hebben veroorzaakt. Gelukkig zijn de personages zo dik aangezet dat je vanzelf wel doorkrijgt wie de bad guys zijn en wie de helden. Dat laatste is overigens pijnlijk voor Shia LaBeouf, want mocht Charlie Sheen in WSI nog een corrumpeerbare yup zijn, arme LaBeouf moet voor de zoveelste keer een Kuifje spelen.

Stone's didactiek levert een ruis op die de dramatische opbouw ondermijnt - alsof er te veel actes in het drama zitten. Maar veel erger zijn de kwinkslagen. Een cameo van de master himself als geldmannetje: niet grappig.  Een gastrolletje van Charlie Sheen die nu een cynische patser is geworden: niet grappig. Een gastrol van Eli Wallach + ringtone uit The Good, the Bad and the Ugly: niet grappig. Een portretje van Kirk Douglas in de kleermakerij van Gekko: niet grappig genoeg.

Wat Wall Street II: Money Never Sleeps redt is de glansrol van Michael Douglas. En het is niet de vileine Gekko die ons verleidt zoals in deel I, maar de mens achter het greed-is-good monster die de film een hart geeft. Douglas, met een Oscar bekroond voor zijn vertolking in het origineel, speelt in enkele emotionele scènes de sterren van de hemel en maakt van Gekko definitief een klassieke schurk-met-bijna-onvindbaar-hartje.

En laten we Stone's regie in deze niet uitvlakken. "Are you using drugs," vroeg hij aan Douglas op de set. "You're behaving like you've never acted before." Volgens Douglas is dat typisch de werkmethode van Vietnamveteraan Stone: acteurs meenemen naar zijn emotionele loopgraaf om het uiterste uit hen te halen. Laten we hopen dat Stone nu niet de smaak van sequels te pakken heeft, anders worden we straks vergast op een Alexander: A Conqueror Never Sleeps.

Wall Street: Money Never Sleeps
Hoezo financiële crisis?