Meesters in comedy maken gedrocht

Comedy auteur Larry David heeft lang in de schaduw gewerkt van collega stand-up comedian Jerry Seinfeld. Niet zo vreemd. David was dan als co-auteur van de serie Seinfeld verantwoordelijk voor de geniale meta-plotjes over het dagelijks leven van Seinfeld en David, het was Seinfeld die – hoewel net zo min acteur als David – de hoofdrol voor zijn rekening nam en daarmee het gezicht van de serie werd. Larry Davids personage, George genaamd, werd vertolkt door acteur Jason Alexander.

En dat was maar goed ook. Want als Seinfelds spel de zwakste schakel was in Seinfeld, dan zette Jason Alexander een even ontwapenende als hilarische George/Larry neer, die ver uitsteeg boven het Woody Allen-aftreksel dat George aanvankelijk was. Het was dus even slikken toen Larry David na Seinfeld met de serie ‘Curb Your Enthusiasm’ begon. Want ook ‘Curb’ is een meta serie, ditmaal over het leven van televisiemaker Larry David, gespeeld door David himself. En David als David werkt niet. De schrijver is een veel te krampachtig acteur waardoor zijn agressieve frustratie onaangenaam overkomt. De enige echte David is en blijft George, omdat Jason Alexander zijn tekortkomingen zo goed speelt dat ze aandoenlijk worden.

Om het allemaal nog erger te maken heeft nu Woody Allen, fan van ‘Curb’, David gevraagd om een soort Woody Allen te spelen in ‘Whatever Works’. Het resultaat is te pijnlijk voor woorden.

Boris Yellnikoff (Larry David) is een geniaal natuurkundige. Hij is ook verschrikkelijk gefrustreerd omdat hij de Nobelprijs is misgelopen. Zijn vrouw, die Boris’ cynisme en misantropie helemaal zat is, pakt haar koffers en verlaat hem. Dan komt runaway Melodie (Evan Rachel Wood) op zijn pad. Ze is naar New York gelift om het daar helemaal te maken en zit nu berooid op zijn stoep. De oude mopperkont strijkt over zijn hart en laat Melodie bij hem logeren. Al snel ontpopt ze zich als een ijverige huisvrouw. En dan ook als lover. En nog weer wat later als echtgenote. Maar de generatiekloof blijkt een obstakel. Zeker als de redneck-moeder van Melodie ten tonele verschijnt.

Wat de kracht is van ‘Seinfeld’ en ‘Curb’ is bij ‘Whatever Works’ verschrikkelijk irritant: het meta perspectief. De film gaat erg over zichzelf. De openingscredits zijn nog niet verdwenen of Boris spreekt ons (de camera) aan met: “Waarom willen jullie mijn verhaal horen!?” Zo’n onderonsje flikt hij een paar keer en zou onze betrokkenheid moeten versterken, maar maakt het juist moeilijker om je in het verhaal te verliezen.

Niet dat je dat wilt, want de plot over een ouwe bok die nog wel een groen blaadje lust, roept onaangename parallellen op met Woody Allens real life. (En doet het ergste vermoeden over de wensen van de pas gescheiden David.) Maar fnuikender dan de moraal is het soort humor. Zijn Seinfelds ‘George’ en Curbs ‘Larry’ meedogenloos in hun zelfspot, Boris is een uitgesproken sarcast. Hij laat geen gelegenheid schieten om zijn kindvrouwtje en haar moeder op hun ignorantie te wijzen. Bijzonder onaangenaam, dat inkoppen.

Volgens de credits is het scenario van Woody Allens hand. Dat is te hopen voor David. Want er zit toch een typische Larry David-grap in, een running gag over Boris die zijn handen wast na toiletgang. Hij zingt daarbij tweemaal Happy Birthday omdat er volgens hem zoveel tijd nodig is om alle bacillen weg te spoelen. De tweede keer dat deze grap langskomt gaan je tenen krommen. De derde keer snak je naar George, die in Seinfeld zijn handen na het poepen helemaal niet waste, maar wel even de kraan liet lopen om de indruk te wekken dat ie een ontzettend hygiënisch mens is.

Whatever Works
Evan Rachel Wood en Larry David